Het voordeel van externe inhuur

Wie geregeld ‘inhuurt’ voor grote bedrijven en overheden weet dat ‘een externe’ doorgaans meer werk verzet dan een vaste kracht. Dat is geen verwijt aan mensen met een vast contract. Het is de kracht van de externe.

Het voordeel van externen is allereerst dat je er gemakkelijk vanaf kunt. No strings attached; wanneer je het onderliggende contract op de juiste manier hebt geformuleerd ben je met geringe meerkosten (meestal: geen) binnen enkele dagen van iemand af.

Andersom laat een externe niet met zich sollen. Ook hij (‘of zij’ mag je er de rest van dit stuk zelf bijdenken, oké?) kan binnen no-time besluiten de kuierlatten te nemen. Het is niet in zijn (‘of haar’ – idem) belang ergens rond te blijven hangen wanneer er geen vooruitgang meer in zit; je bent zo goed als je laatste opdracht dus eindeloos rondhangen in een kansloze parkeerbaan is geen goed idee.

Dadendrang
Dat besef zou best de drijvende kracht kunnen zijn achter de dadendrang van de externe. Hij is ingevlogen voor een klus en wil die klus tegen elke prijs klaren. Hij maakt zich probleemeigenaar en heeft niet zo veel geduld met obstakels. “Dat doen we normaal nooit zo…” is voor hem juist een uitdaging het wél zo te doen. In een omgeving waar hij geen verleden en geen eindeloze toekomst heeft is zijn oog strak gericht op de bal.

Een externe komt met een frisse blik binnen, om zich heen kijkend zoals een klant, inwoner of aandeelhouder dat doet. Nee, hij kent bij binnenkomst nog niet alle gebruiksaanwijzingen van iedere sleutelfiguur binnen de organisatie. Ja, hij vindt zichzelf daardoor soms terug in mijnenvelden waar een vaste kracht met een wijde boog omheen was gelopen. En krijgt daardoor soms het onmogelijk geachte wél voor elkaar. Of vliegt eruit, dat kan natuurlijk ook.

Kantoorguerilla
Een externe neemt van iedere opdracht ervaringen mee naar de volgende. Zonder blasé of arrogant te worden (een externe weet dat hij er goed aan doet een prettige collega te zijn) raakt hij minder snel onder de indruk van kantoorguerilla of strapatsen van een management dat niet weet wat het wil. Hij herkent veeleer de patronen van angst en onzekerheid bij de ander dan zichzelf onzeker te laten maken. Hij neemt in alle rust zijn tijdelijke collega’s op sleeptouw, houdt ze indien nodig uit de wind en adviseert en motiveert de mensen met en voor wie hij werkt.

Al met al functioneren goede externen vaak als smeerolie en brandstof in de bedrijven en organisaties die hen inzetten.

Des te jammerder dat dit kabinet meende er goed aan te doen het externen extra lastig te maken. “Ter bescherming van de vaste krachten”, heet het dan. ‘Ter handhaving van de status quo’ lijkt me accurater geformuleerd. Maar dát wil natuurlijk niemand op zijn geweten hebben.