Wat te doen als je gebeld wordt voor een interview?

Checklist ‘Interview’

Een journalist aan de telefoon, met een paar vragen. “Interview? Nou ja, ‘interview’ klinkt meteen weer zo zwaar… Heb je even?” Wat nu?

Het interview (zelf noemde ik het vaak ‘even met elkaar praten’) is in de kern de meest pure vorm van informatieoverdracht. De journalist vraagt, zijn bron antwoordt en de journalist geeft dat antwoord zo onveranderd mogelijk door aan het publiek: wat kan er misgaan?

Zolang je de volgende tips ter harte neemt zijn interviews niet eng. Bedenk dat het sowieso hoogst zeldzaam is dat een slecht interview carrières beëindigt. Zolang je eventuele neigingen om ongeremd te schelden, bedreigen, slaan of obscene gebaren naar de camera maken succesvol weet te onderdrukken, tenminste.

Fout
Waar carrières ontspoorden door interviews ging het vrijwel altijd al veel eerder fout. Op het moment bijvoorbeeld dat iemand besloot verzekerden die hem vertrouwden te bestelen, bezoeken aan het vakantiehuis van een buitenlands staatshoofd uit zijn duim te zuigen of volksvertegenwoordigers verkeerd te informeren. Dát beëindigt loopbanen, niet de journalist die zo’n besluit openbaart.

Zo, dat hebben we gehad. Jij weet jezelf vrij van al te grote zonden en gewetensbezwaren. Maak het allemaal niet te spannend voor jezelf; journalisten zijn net mensen en samen kun je werken aan een zo goed mogelijk artikel. De volgende ‘Checklist Interview’ kan helpen:

Tip 1: Vraag even waar het voor is
We gaan er even vanuit dat de journalist die belt met ‘een paar vraagjes’ je niet direct live in de uitzending gooit. Nu gaat het om ‘een paar vraagjes’ voor ‘een berichtje’. (Journalisten praten in dergelijke gevallen graag in verkleinwoordjes, zo is mijn ervaring. Ze willen je niet afschrikken.) “Waar is het voor?” is natuurlijk best een stomme vraag als je de journalist kent en precies weet waar hij voor schrijft. Dan mag je deze stap overslaan.

Tip 1a: Vraag even waarover het gaat
Neem niet automatisch aan dat je wel weet wat het onderwerp is waarover de journalist belt. Misschien stond er net iets op Twitter waar hij jouw reactie op wil of is hij doende een verhaal uit Alaska te regionaliseren. Laat hem dus even uitleggen waarover hij belt en hoor hem uit over wat hij daarover gehoord heeft of al denkt te weten. Vraag, als dat niet direct al duidelijk is, waarom hij bij jou uitkomt.

Tip 1b: Vraag jezelf af of jij de juiste zegspersoon bent
Misschien weet je collega er meer van? Is een fractiegenoot woordvoerder op dit onderwerp? Of legt Keesje, Jantje of Pietje het onderwerp veel beter uit dan jij? Geef niet direct toe aan je ijdelheid. Zorg dat waar je voor staat (je bedrijf, organisatie, partij, vereniging, doel) de best mogelijke vertegenwoordiging krijgt.

Tip 1c: Vraag je af wat er te winnen is met dit interview
Soms komt de journalist te vroeg, is de juiste informatie nog niet paraat of heb je slechte ervaringen met deze krant, rubriek of website. Het staat je altijd vrij om vriendelijk te bedanken voor de eer. De tijden zijn voorbij dat een journalist je bang kon maken met teksten als “Dan schrijven we dit verhaal toch gewoon zónder u. Wilt u dat? Dat er alleen maar anderen aan het woord komen..?” (Ik heb deze tekst als journalist in het begin van de jaren negentig echt gebruikt – en zelden zonder succes.)

Via social media kun je eventueel altijd nog uitleggen wat aan het artikel ontbreekt; de journalistiek is allang het monopolie op ‘de publiciteit’ kwijt.

Tip 1d: Vraag wie hij nog meer aan het woord wil laten
Ja, sorry, het is best veel om te onthouden maar stel als je eraan denkt deze vraag ook meteen maar even: “Ga je nog anderen bellen?” Het geeft je een beeld van wat de journalist allemaal te horen gaat krijgen, welke tegengeluiden er eventueel komen en het geeft je in ieder geval een beeld van uit welke hoek de wind gaat waaien.

Tip 1e: Koop wat tijd
Je hoeft nooit per se nú, op dit moment, de vragen te beantwoorden. Laat je niet klemzetten, zorg dat je op een later tijdstip terug kunt bellen. (“Ja maar de deadline…” is niet jouw probleem.)

Neem even de tijd, al is het maar tien minuten, om het dossier, de kwestie, het onderwerp nog eens goed door je hoofd te laten rollen. Waar ging het ook alweer over? Wat waren de afwegingen, de bezwaren, de tegenwerpingen? Wie speelden welke rol? Wat hoop je dat er bij de lezer blijft hangen straks? Hoe leg ik dit of dat ook alweer duidelijk uit? Heb ik recente voorbeelden of pakkende oneliners?

Zak in je adem
Aan je korte termijnvoorbereiding ligt het nu niet meer. Je brengt jezelf ermee tot rust, kalmte doorspoelt je. Je weet dat je weet waarover het gaat en welke boodschap je kwijt wilt.

Ga nu rustig in gesprek met de journalist. Praat met hem, redeneer hardop, maak dat hij begrijpt wat je bedoelt, geef voorbeelden, vraag of hij vindt dat je het duidelijk uitlegt en laat je niet uit de tent lokken. Wees de meest sympathieke versie van jezelf. Geef alleen antwoorden die je voor jouw rekening kunt nemen. Speculeer niet mee, ga niet gokken of raden, zég het als je iets niet precies weet en beantwoord dezelfde vraag hooguit drie keer. “Sorry, maar volgens mij had je die vraag al een paar keer gehad. Zijn we klaar?”

De journalist doet zijn werk, ook als hij misschien een keer wat neteliger vragen stelt. Als jij je steeds beijverde het juiste te doen, kun je dat uitleggen – zelfs áls er een keer iets is misgegaan.

(Ging er onlangs ergens in je organisatie een keer iets mis maar heeft er nu nog geen journalist gebeld? Dan kan het geen kwaad je nú goed voor te (laten) bereiden op het moment dat hij wél belt. Wij hebben bij Open Deuren inmiddels een fikse stapel voorbereide pers- en mediastrategieën die klanten gemoedsrust en schadebeperking brachten. Nee, zomaar…)