Crisisnoodopvang

Asielzoekers? Vergeet je inwoners niet!

De Rijksoverheid schuift steeds meer problemen, zoals de asielcrisis, af op gemeenten. Jammer dat die vervolgens van schrik te vaak vergeten zich écht te verplaatsen in hun inwoner. Die wil alleen maar snel weten wat er staat te gebeuren zonder zich eerst een weg door hoogdravende, wollige taal te moeten kappen.

Of het nu gaat om coronamaatregelen, asielzoekers, statushouders of de energiecrisis: je doet er als gemeente weinig aan. Jij bepaalt niet of er wereldwijd een virus rondwaart en hoe dat het best te bestrijden. Geen Nederlandse burgemeester kan Poetin terechtwijzen. Schaarste, oorlog of angst die mensen deze kant op jagen liggen evenzeer buiten je invloedssfeer.

Omwonenden
Trek als gemeente daarom beter geen al te grote broek aan als je asielzoekers toegewezen krijgt. Bekommer je om de omwonenden, zij zijn je eerste verantwoordelijkheid. Besef dat problemen die eerst alleen via tv en internet zichtbaar waren nu ineens in hun volle omvang jouw gemeenschap binnen komen knallen. Begrijp dat omwonenden aanvankelijk op hun benen staan te tollen. Logisch dat ze spontaan even in de weerstand schieten. Toon begrip zonder er valse beloften aan te verbinden: die asielzoekers komen tóch, je kunt niet anders.

Erken als gemeentebestuur dat je je, net als inwoners, overvallen voelt. Deel die ervaring. Wees, mét je inwoners, gerust even willoze walnotendopjes op de oceaan van het wereldnieuws. En werk met hen samen aan verlichting van hun bezorgdheid. Gebruik nog geen grote woorden. Steek niet je eigen loftrompet over ‘nemen van verantwoordelijkheid’ en ‘bijdragen aan de oplossing van échte wereldproblemen!’ voor je de tranen van schrik van je eigen inwoner droogde. En al helemaal niet voor je mensen in gewone taal eerlijk en zo precies mogelijk uitlegde wat er gaat gebeuren in hun gemeente, buurt, straat. Hoeveel, waar, hoe lang, wie en wat als er iets misgaat.

Schrik
Natuurlijk is er dan nog steeds de schrik. De buurman is bezorgd om zijn kippen en dochters, de overbuurvrouw vreest voor haar woningwaarde en hoe moet dat als… vul maar iets heel ergs in. Zij zagen ook allemaal de beelden en onthielden de naarste.

Als burgemeester, wethouder en ambtenaar, kortweg ‘gemeente’, stel je je daarom eerst op naast die inwoner. Erken je nogmaals dat het ook jou rauw op je dak valt en dat helemaal niemand om deze situatie gevraagd heeft. Dat je je inleeft in hun zorgen. Dus zorg je voor toezicht, 24 uur per dag. Een nummer waar hij of zij dag en nacht naar mag bellen met vragen of zorgen. Je vindt niets raar, vreemd of fout, jij wilt dat iedereen zich veilig weet. Want jij bent hún gemeente.

Als alles goed verloopt en het allemaal best mee bleek te vallen met de overlast, is het na een paar weken vroeg genoeg om te kirren over jouw bijdrage aan de wereldvrede.